Bij het ontgronden (afgraven) van de uiterwaarden voor bouwgrondstoffen en meer ruimte voor de rivier ontkomen we er soms niet aan dat een aantal struiken en bomen plaats moeten maken. Dat geldt ook voor de aanwezige dieren. Hoe gaan we daarmee om in Willemspolder fase 1?
Omdat de werkzaamheden voor de zandwinning in de Willemspolder op stoom komen, hebben we samen met ecoloog Ewoud van de Ploeg van Bureau Viridis gekeken welke dieren er wonen of graag komen en hoe we deze dieren kunnen helpen een ander plekje te zoeken in de polder.
In de Willemspolder leeft een familie bevers. Ze hebben diverse burchten in het gebied, waarvan er eentje op de zuidelijke oever van de westelijke plas ’t Spijker ligt. Deze plas gaat onderdeel uitmaken van de meestromende nevengeul die er in de toekomst komt. “In overleg met de zoogdierenvereniging heeft de provincie toestemming gegeven om pa en ma zachtjes te bewegen om één van hun andere burchten op te zoeken”, vertelt Ewoud. “Dat kun je doen door steeds zand voor de ingangen te gooien. Dan zijn bevers het snel zat en vertrekken ze na een paar dagen. Of je haalt het hout in de buurt weg.” Soms helpt ook de natuur een handje. Net toen we in november de eerste stappen hadden gezet, liepen de uiterwaarden onder. Het hoge water heeft de bevers naar een droge plek gebracht. We houden bij het zakken van het water in de gaten of de bevers naar de oorspronkelijke locatie terugkeren of wellicht hun intrek nemen in een van hun andere burchten. Gelukkig is er voldoende plaats in de Willemspolder.
Ook was er geen plek meer voor een paar bomen waarin de ruige dwergvleermuis huist. “We hebben alle bomen geïnspecteerd op holtes”, vertelt Ewoud. “Daar hebben we plastic flappen voor gehangen, zodat ze er alleen nog uit konden, maar niet meer terug erin. Na een inspectie of ze echt verlaten waren, konden we de bomen rooien. Voor de vleermuizen hebben we in het bos op het schiereiland vleermuiskasten opgehangen en die kasten worden ook gebruikt, getuige de keuteltjes die daarin zijn aangetroffen.” Dit verwilderd stuk bos is nu al een paradijsje en wordt alleen nog maar mooier.
Een verrassend mooie gast in de polder bleek ook het klein vliegend hert op een oud stuk boom. Ewoud: “De larven zijn afhankelijk van witrot, een schimmel op dood hout die een houtstof afbreekt zodat cellulose beschikbaar komt. Het dode hout mét de larven ligt nu ook in het bosje op het schiereiland, met nog meer dood hout. Daar ontstaat vanzelf een natuurlijk ‘insectenhotel’.”
Tijdens de werkzaamheden en herinrichting van Willemspolder fase 1 houdt Dekker de aanwezige dieren goed in gaten. “We kijken periodiek welke dieren er zijn en of we nog iets voor ze moeten doen”, vertelt de ecoloog. De ooievaars hebben hun plekje op het nest voor het kantoor, die gaan gelukkig onbekommerd hun gang. “Voor de wulp die soms met een hele zwerm neerstrijkt, blijft er tijdens het werk ruimte genoeg om voedsel te zoeken. Ook monitoren we of de zeearend, die ergens anders woont, hierlangs blijft komen om te foerageren.”
Zodra het project is voltooid, hopen we dat de Willemspolder weer een walhalla wordt voor veel inheemse soorten die van oudsher hier leefden in het waterrijke rivierengebied.
© 2018 Dekker groep BV | Alle rechten voorbehouden | Disclaimer | Privacy | Algemene Voorwaarden